UU Inclusive Teaching Toolbox


Kritische reflectie op kennis en vaardigheden 

Een bijeenkomst van docenten die een cursus onderwijspsychologie geven die bedoeld is om van gedachten te wisselen over hun vakgebied, loopt uit op een discussie over de eenzijdigheid van het vakgebied omdat de meeste auteurs afkomstig zijn uit het Westen. Ze wijten dit ten dele aan publicatiebias en de differentiële toegang tot middelen en platforms. Ze besluiten om hierover een leerdoel te formuleren voor de cursus en maken lestijd vrij voor een discussie over dit thema en om expliciet aan te geven welke redenen aan de literatuurselectie ten grondslag liggen. 

Zoals vermeld in de inleiding, beschrijf je in de leerdoelen wat studenten gedurende de cursus of opleiding moeten leren. Hoewel er een brede discussie is over wat precies het doel van leren in het (hoger) onderwijs is (REF), is wel duidelijk dat dat doel betrekking kan hebben op 1) het overbrengen van kennis en vaardigheden (bijv. ‘kwalificatie’ in termen van Biesta’s drieslag (REF) Biesta, G. (2009). Good education in an age of measurement: On the need to reconnect with the question of purpose in education. Educational Assessment, Evaluation and Accountability (formerly: Journal of Personnel Evaluation in Education), 21, 33-46. ), en 2) het voorbereiden van studenten op het functioneren als lid van de samenleving. In deze sectie behandelen we het eerste doel, het overbrengen van kennis en vaardigheden.   

Ons onderwijs inclusiever en meer divers maken, doen we voor een deel al door kritisch na te denken over de kennis en vaardigheden die we bijbrengen, over de contextgebondenheid (situatedness) en andere beperkingen van die kennis en vaardigheden, over de biases die erin zitten en over de ongelijkheden die ze in stand houden.   

Daarvoor moeten we om te beginnen kritisch nadenken over onze eigen positionaliteit (zie onderstaande tool “Nadenken over je eigen positionaliteit”). Positionaliteit verwijst naar de wijze waarop onze eigen maatschappelijke achtergrond en identiteit kunnen leiden tot persoonlijke concepties over en biases in onze relatie tot en interpretatie van de literatuur, theorie en empirische data in ons vakgebied.  Vervolgens moeten we onszelf de vraag stellen in hoeverre deze ‘positie’ van ons als persoon wordt weerspiegeld in de kennis en vaardigheden die we onze studenten leren (zie onderstaande tool “Reflecteren op de kennis en vaardigheden in je vakgebied”) en de kennis en vaardigheden die we niet bijbrengen. Uit het antwoord op sommige van die vragen zou kunnen blijken dat het soort kennis en vaardigheden dat studenten in jouw cursus leren, in een specifieke context is gesitueerd. Als je deze beperkingen niet als zodanig te onderkent, communiceer je onbewust aan je studenten dat maar één soort kennis de moeite waard is om te leren en om onderzoek naar te doen. Vandaar dat de laatste stap in het inclusiever maken van je leerdoelen bestaat uit het expliciet communiceren aan je studenten van de keuzes die je – gezien je ‘positie’ – hebt gemaakt ten aanzien van de kennis en vaardigheden die wel en die welke niet in de cursus zijn opgenomen. Je zou ook kunnen overwegen om de vaardigheid om te reflecteren op het geleerde, op te nemen als een apart leerdoel. In de tools vind je voorbeelden van dergelijke leerdoelen.   

Tools

Reflecteren op je eigen positionaliteit   

De oefeningen “kritische zelfpositionering” in de toolbox van de  UU anthropology toolbox kunnen je daarbij helpen: Exercise 1- Social identity wheel en Exercise 2- Research identity wheel. Deze oefeningen helpen je om inzicht te krijgen in de wijze waarop jouw uit meerdere lagen bestaande identiteit jouw ervaringen, visie, manier van redeneren en interacties met anderen bepaalt. 

Reflecteren op de kennis en vaardigheden in je cursus 

De volgende reflectievragen helpen je om vast te stellen in hoeverre kritisch denken over de kennis en vaardigheden die in je cursus worden geleerd, wordt gestimuleerd.   

  • In hoeverre leren studenten in je cursus na te denken over de vraag aan welke theorieën de voorkeur wordt gegeven en waarom?  
  • In hoeverre leren studenten in je cursus na te denken over de vraag wie profiteert van de kennis die in de cursus wordt geleerd?  
  • In hoeverre leren studenten in je cursus hoe kennis ontstaat en welke methoden worden gebruikt om kennis te verwerven?  
  • In hoeverre leren studenten in je cursus wie onderzoek financieren, wie onderzoek publiceren en hoe veldonderzoek wordt uitgevoerd?  
  • In hoeverre leren studenten in je cursus nadenken over de vraag in welke context kennis waar is, hoe context kennis beïnvloedt en wat het verband is tussen context en kennis?  
  • In hoeverre worden studenten aangemoedigd het geleerde in twijfel te trekken? In hoeverre leren studenten in je cursus de geleerde en opgedane kennis in twijfel te trekken?  
  • In hoeverre leren studenten in je cursus nadenken over invloeden op micro- (d.w.z. specifieke context) en macroniveau (d.w.z. maatschappelijke, culturele, historische en politieke factoren) op het vakgebied?  

 Voorbeelden van leerdoelen die kritisch denken over kennis en vaardigheden bevorderen 

Leerdoelen die kritisch denken over kennis en vaardigheden stimuleren, variëren van de vaardigheid om kennis en ideeën afkomstig van verscheidene en diverse achtergronden te beschrijven, tot aan het ontwikkelen van nieuwe ideeën en producten met inachtneming van deze diversiteit, of de compilatie van informatie uit diverse bronnen op een manier die nieuw is.   

Voorbeelden van leerdoelen:   

  • inzicht hebben in de verschillende (culturele) discoursen over hedendaagse sociale en politieke vraagstukken;  
  • in staat zijn om proefopzetten in de literatuur op een kritische manier te beoordelen op de aanwezigheid van bias;  
  • een onderzoeksvoorstel kunnen schrijven met minimale bias;  
  • blijk geven van inzicht in interculturele perspectieven over onderwijs en interculturele verschillen in onderwijs en leren.